Consumer Law Image

Consumentenrecht: het recht van herstel bij consumentenkoop

In de huidige samenleving worden veel goederen gekocht door consumenten, hetgeen gepaard gaat met een significante toename in consumentenafval. Om dit tegen te gaan zou het consumentenrecht en het recht van herstel een belangrijke rol kunnen spelen. Met de mogelijkheid tot herstel is de kans namelijk aanzienlijk groter dat het eerder defecte product een tweede kans krijgt en daarmee dus niet vroegtijdig eindigt op een stortplaats. Bovendien draagt reparatie meer bij aan de circulaire economie dan recycling. In dit artikel wordt besproken hoe het recht van herstel bij consumentenkoop, in het kader van duurzaamheid, vorm is gegeven onder Nederlands recht en de daarmee geïmplementeerde Europese regelgeving.

Wettelijk Recht

Op basis van art. 7:21 lid 1 BW heeft de koper bij non-conformiteit het recht op herstel van de afgeleverde zaak. Samen met aflevering van het ontbrekende en vervanging van de afgeleverde zaak, vormt dit recht een primaire remedie. Dit houdt in dat de consument hier altijd een beroep op kan doen indien de zaak niet beantwoordt aan de overeenkomst. Kosten van herstel en eventuele bijkomende kosten, zoals transportkosten, komen dan voor rekening van de verkoper.

Uitzondering

Desalniettemin geldt op dit recht een belangrijke uitzondering in lid 4, namelijk: de consument komt slechts geen herstelvordering toe, indien herstel onmogelijk is of van de verkoper niet gevergd kan worden. Dit wordt nader uitgewerkt het volgende lid, waaruit blijkt dat onder bepaalde omstandigheden het vanuit een bedrijfseconomisch oogpunt niet van de verkoper gevergd kan worden om de zaak te herstellen. Dit is het geval indien de kosten van herstel niet in verhouding staan tot de kosten van uitoefening van een andere remedie of vordering van de consument. Hierbij speelt dus een belangenafweging een rol.

Wij staan altijd klaar voor onze cliënten

Law & More heeft de beschikking over een toegewijd team van meertalige advocaten

Een rol voor duurzaamheid in de belangenafweging

Op basis van bovengenoemde uitzondering kan dus worden afgeleid dat er onder het Nederlandse consumentenrecht geen sprake is van een hiërarchie tussen de primaire remedies en dat vervanging zelfs geprefereerd kan worden boven reparatie. Bij de toets die hieraan ten grondslag ligt, ook wel de relatieve evenredigheidstoets genoemd, wordt er voornamelijk gekeken naar de financiële aspecten en niet naar een oplossing die bijdraagt aan een duurzame samenleving. De voorwaarden die de wet hierbij stelt zijn namelijk:

Gevolgen voor consument en verkoper

Deze wettelijke vereisten maken het recht voor herstel niet bepaald een aantrekkelijk recht voor de consument, aangezien de genoemde belangenafweging het voor de consument vaak bemoeilijkt het product bij de verkoper kosteloos te laten repareren. Dit heeft tot gevolg dat deze eerder voor een andere remedie gaat, zoals vervanging. Bovendien is dit, zelfs al is kosteloos herstel mogelijk, onder de huidige wetgeving een minder aantrekkelijke remedie omdat de koper bovendien geen wettelijk recht heeft op een spoedige reparatie of een vervangend product gedurende de reparatie. Daarnaast geldt ook voor de verkoper dat deze door deze bepaling niet gestimuleerd wordt om voor goed repareerbare producten te gaan, omdat indien vervanging minder overlast veroorzaakt dit al snel wettelijk gerechtvaardigd is.

Productgarantie

Ook van belang zijn de mogelijkheden van garantie. Onder het Nederlands rechtssysteem geldt er geen wettelijke garantie voor producten. Wel geldt er ten gunste van de consument een bewijsvermoeden indien een product binnen 6 maanden non-conform is (art. 7:18 lid 2 BW). De verkoper moet in dat geval bewijzen dat het defect de schuld van de koper is, bijvoorbeeld doordat deze de zaak niet normaal heeft gebruikt. Daarnaast kan de verkoper een commerciële garantie aanbieden, die geldt als aanvulling op de wettelijke garantie (en geen inbreuk mag maken op de wettelijke consumentenrechten). Desondanks bevordert een dergelijke (langere) garantieperiode niet onmiddellijk ook de duurzaamheid. Een commerciële garantie kan namelijk zowel duurzame (bijv. een verlenging en uitbreiding van het wettelijk recht van herstel) en niet-duurzame (bijv. een recht op vervanging) gevolgen hebben.

Conclusie

Op basis van het bovenstaande kan dus worden geconcludeerd dat het Nederlandse consumentenrecht en duurzaamheid niet altijd hand in hand gaan. Hoewel de consument een recht heeft op herstel jegens de verkoper resulteert dit vanwege de relatieve evenredigheidstoets, die vooral economische aspecten in acht neemt, niet altijd in een kosteloze reparatie. Hierdoor is het aannemelijk dat in de praktijk vaker voor vervanging als remedie wordt gekozen. Ook voor de verkoper is het door deze toets vaak snel gerechtvaardigd om voor vervanging van de non-conforme zaak over te gaan. Een eventuele garantie van de verkoper zou kunnen bijdragen aan de  duurzaamheid, maar dit is geheel afhankelijk van de daarbij gehanteerde voorwaarden.

Wilt u meer weten over de mogelijkheden van het recht op herstel onder het consumentenrecht? Bent u bijvoorbeeld een consument die een product graag kosteloos gerepareerd wilt hebben of een verkoper die duurzame garantievoorwaarden wilt opmaken? Neem dan contact op met Law & More. Onze advocaten zijn gespecialiseerd in consumentenrecht en duurzaamheid en helpen u graag verder. 

Wilt u weten wat Law & More als advocatenkantoor voor u kan betekenen?
Neem dan telefonisch contact op via +31 40 369 06 80 of ga naar de contact pagina voor meer informatie:

Duurzaamheidsrecht